Op een vrije vrijdagmiddag
doorkruisen we Twente van noord naar zuid voor familiebezoek, het betonen van
enige naastenliefde aan twee familieleden
Twee dames,
de één net boven en de andere net onder de 80.
beiden wonen afzonderlijk van elkaar in een huis en een te-huis
beiden heel alleen en….
beiden onderhouden geheel onvrijwillig een nieuwe relatie met de heer Alzheimer.
Deze heer A. koestert hen met
milde herinneringen uit een ver - vervlogen en mooi verleden.
Deze heer A. kwelt hen met wilde verhalen en verwarde denkbeelden tot een vervormde werkelijkheid waardoor ze tijdens een schijnbaar goed gesprek ineens volledig uit de bocht vliegen. Die irrationaliteit is op dat moment hun werkelijkheid. Tien minuten later kan het al weer heel anders zijn.
Soms is het moeilijk om tijdens het gesprek, het onlogische van de werkelijkheid te onderscheiden. Zelfs de onzin wordt met volle overtuiging gebracht.
Deze heer A. kwelt hen met wilde verhalen en verwarde denkbeelden tot een vervormde werkelijkheid waardoor ze tijdens een schijnbaar goed gesprek ineens volledig uit de bocht vliegen. Die irrationaliteit is op dat moment hun werkelijkheid. Tien minuten later kan het al weer heel anders zijn.
Soms is het moeilijk om tijdens het gesprek, het onlogische van de werkelijkheid te onderscheiden. Zelfs de onzin wordt met volle overtuiging gebracht.
Je laat hen praten en praat in
hun straatje mee. Je geeft een kus, een knuffel. Mijn vrouw kan beter met hen
praten, als vrouwen onder elkaar. Ik zit er maar bij en voel mij vaak een hark
in dit soort situaties.
Het doet zeer om te zien hoe
mensen, die je lief en dierbaar zijn, kunnen worden als ze mentaal degenereren,
een gestaag en onomkeerbaar afbraakproces van weefsels en hersencellen.
Mij wordt wel eens gevraagd of ik
niet bang ben, dat ik ook bezoek krijg van meneer Alzheimer. Ik wil er niet aan
denken! Wanneer het zich aandient is het altijd nog vroeg genoeg.
Daaraan denkend schiet mij
spontaan een lied te binnen:
"Wat de toekomst
brenge moge, mij geleid des Heeren hand. Moedig sla ik dus de ogen, naar
het onbekende land."
In dat onbekende maar aanlokkende
land met al haar gelukzaligheid, weet ik, dat ik niet meneer Alzheimer zal
ontmoeten maar hoop ik op Jezus, die alle menselijke afbraakprocessen teniet
doet en de mensen onberispelijk en onkreukbaar maakt. Dat ligt nu nog verborgen
achter de horizon. Die hoop moet naar een zekerheid groeien en angst en twijfel
verdrijven.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten