Enkele jaren geleden sprak ik “ambtshalve” een man van buitenlandse
origine. Hij zat in de eerste fase van het zogenaamde voorarrest omdat hij verdacht werd een
misdrijf te hebben begaan.
De politie doet onderzoek en gaat uit van feiten en hoort de verdachte. In
de periode dat je met de man in gesprek bent leer je hem wat beter kennen. Je
moet nuchter en realistisch naar de kale feiten kijken maar het is ook een
kwestie van gevoel en intuïtie.
Hij was een gevluchte Irakese baptist. De verdenkingen tegen hem waren
niet zo sterk en ik wist uit ervaring dat hij, zonder aanvullend bewijs, de
volgende fase van het voorarrest niet zou halen. Uit zijn verhoor durf ik te
zeggen, dat ik hem wel geloofde. Mijn intuïtie zei me dat hij eerlijk was en ik
herkende in hem een medechristen.
Hij was overtuigd dat hij met de hele zaak niets te maken had en hij
vroeg zich af waarom hem dit nu toch overkwam, na alle ellende die hij al had
meegemaakt. Het was een heftig en emotioneel gesprek, met veel tranen en
heftige gebaren.
Hij kwam uit Zuid Irak waar zich een redelijk grote geloofsgemeenschap
van baptisten bevond. Deze geloofsgemeenschap van baptisten houden zich
allemaal bezig met de handel. Een vak, dat ze, in de verre historie, geleerd hebben
van de Joden. Dit beroep wordt van vader op zoon overgedragen. Dat gold ook
voor hem. Zijn opa had het aan zijn vader geleerd en hij had het van zijn vader
geleerd en nu leerde hij het weer aan zijn inmiddels volwassen zoon.
Hij had in Irak de lagere school gevolgd, daarna het voortgezet
onderwijs. Daarna is hij in de zaak van vader gaan werken. Als hobby studeerde
hij daarnaast jaren psychologie aan de universiteit van Basra.
Maar toen begon de oorlog met Perzië (Iran) Hij moest het leger in en heeft
twaalf jaar gevochten in die oorlog. Zijn vrienden, die met hem in de oorlog
gingen zijn allemaal dood. Hij vroeg zich af waarom hijzelf niet dood was en
waarom hij het wel had overleefd.
In dat heftige verhaal sprong hij op vanuit zijn stoel en trok zijn
broekspijp omhoog. Hij wees een plek aan
waar ik een rond litteken kon zien met een doorsnee van ca. 3 a 4 cm.
Onmiskenbaar een litteken van een kogelwond. Vervolgens trok hij zijn overhemd omhoog tot onder de
kin en toonde een soortgelijk litteken op een plek net boven waar het hart zit.
Hij wees de plek
aan zei: “Ik had dood moeten zijn”
Nadat hij al een
paar jaar in Nederland was kwamen verdrongen herinneringen boven, die zich tot
een oorlogstrauma ontwikkelden. Dit noodzaakte hem om de hulp van een psychiater in te roepen.
Na de oorlog kwam
de verharding, verdrukking en vervolging van de christenen/baptisten. Gezinnen
werden thuis overvallen, mannen vermoord en de vrouwen verkracht.
Dit noopte hem
ertoe om zijn huis, zijn zaak en auto te verkopen voor meerdere tienduizenden dollars.
Dit geld is helemaal opgegaan aan de vlucht.
Al eerder waren andere
gezinsleden en familieleden gevlucht. De meesten in Nederland en enkelen in
Scandinavië. Ze hadden gekozen voor
Nederland omdat bij hen in Irak algemeen bekend was, dat Nederland het meest
eerlijke rechtssysteem heeft. (zegt hij)
Eenmaal in
Nederland heeft hij met zijn gezin een paar jaar in een asielzoekerscentrum doorgebracht.
Daarna werd hem zijn vluchtelingenstatus toegewezen en kreeg hij een woning. Omdat het ondernemerschap in zijn bloed en
cultuur zit heeft nu weer een zaak opgestart in een mooie winkelstraat in een mooi
Nederlands provinciestadje.
En nu overkomt hem
dit! Hij vroeg zich af hoe dat nu kan en waarom. Hij was ten einde raad. Hij
was niet bang voor ons of voor wie dan ook. Hij voelde zich wel verantwoordelijk
voor zijn gezin en verdere familie.
Hij zag zijn
onmacht om zijn onschuld aan te tonen. Hij gaf meerdere keren aan dat hij
baptist was en daarbij keek hij ons vragend aan. Hij wilde daarbij kennelijk
duidelijk maken dat dit norm was voor zijn denken en het garantiebewijs voor
zijn eerlijkheid en of wij dat begrepen natuurlijk. Ik was in ieder geval van
harte bereid om hem te geloven maar wij moeten ons aan de feiten houden.
Hij kwam tot de
conclusie dat hij op de proef werd gesteld door God. Hij dacht zelfs dat hij
voor jaren de bak in ging en zat te huilen met zijn hoofd in handen. Dat
verleidde mij tot een minzaam glimlachje want dan kent hij het Nederlandse rechtssysteem
toch nog niet zo goed. In tolerant Nederland wordt je voor het strafbare feit
waarvan hij werd verdacht als First - offender hooguit tot 3 maanden
veroordeeld.
Toen hij daar zo in
zak en as zat vroeg ik hem of hij het verhaal van Job kende. “Job, Job … Job… ahhh Eyup bedoelt u? “ We
hebben gesproken over Job ( Eyup in het Arabisch), hoe rijk die was, een mooi
gezin had en alles, alles kwijtraakte en zelfs ook nog ziek werd. Job werd ook zwaar
op de proef gesteld.
Maar je moet net
als Job altijd op God blijven vertrouwen al raak je alles kwijt wat je lief en
dierbaar is en al laten je vrienden je ook nog in de steek. Uiteindelijk is het
voor Job op basis van dat vertrouwen helemaal goed gekomen en heeft hij alles
en nog meer teruggekregen.
En zo zei ik tegen
hem, ook aan jouw ellende komt wel weer een eind!
We zijn met een hartelijke
en welgemeende handdruk uit elkaar gegaan.
Later hoorde ik dat
hij de volgende dag al weer vrij rondliep op Neerlands tolerante bodem.