maandag 24 december 2018

VOLKSDROGISTERIJ J. A. HEUVER LAAT ZIJN GEUR EN SPOREN NA


In mijn externe virtuele geheugen (PC) stuit ik op het woord volksdrogisterij en doorbladerend lees ik dat er een Nederlands drogisterijmuseum te Maarssen is geweest, dat echter in 2013 haar deuren moest sluiten. Voor zover bekend was dat het enige in zijn soort ter wereld.

Dat deed mij denken aan de volksdrogisterij van de dames Heuver aan het Oosteinde 10 . Bijna iedere Vriezenvener van middelbare leeftijd weet dat nog wel of is er wel eens geweest. Je werd geholpen door een vrouw in een onberispelijke witte schort. Achter haar stond tegen de muur een grote kast, een echte blikvanger. Die kast staat in veel Vriezenveense geheugens vast als kenmerk van wat ooit een volksdrogisterij was.

Een kast met die typische Gaper bruine flessen, allemaal keurig op dezelfde wijze van witte etiketten voorzien. Het riep bij mij de geur op van de vroegere apotheekhoudende dokterspraktijk van dr. Versteeg in de Villa ter Brake aan het Westeinde.

De drogisterij van de dames Heuver was enig in zijn soort in ons dorp en behoort nu tot het recente Vjeanse winkelverleden. Maar een blijvend aandenken aan de drogisterij is gelukkig bewaard gebleven. Die typische kast, in vol ornaat met al haar even typische flessen, is te bewonderen in de Peddemors museumboerderij te Vriezenveen. Trap opgaand naar de vroegere hooizolder valt mijn blik direct weer op die kast en dan dringt zich weer die geur uit het verleden aan mij op.

Een drogisterij is een handelszaak waar medicinale en chemische producten werden verkocht, zoals medicinale kruiden, vergiften, verf, cosmetica, oplosmiddelen, (kleur-)poeders en schoonmaakproducten. Het woord drogisterij komt van het Middelnederlandse woord "droge" en valt te herleiden naar het feit dat vroeger medicinale kruiden eerst werden gedroogd.

Volksdrogisterijen met hun losse verkoop van medicinale producten zijn nagenoeg uit Nederland verdreven door grootwarenhuizen en drogisterijketens. In een drogisterij is de aanwezigheid van iemand met het vakdiploma drogist vereist.

Het zakenpand, het huidige Oosteinde 10, wordt het eerst genoemd in 1748. Het komt in 1905 in handen van de familie Heuver, die in 1906 er een nieuw huis bouwde en in dit pand werd in 1923 een winkel ingericht voor de verkoop van drogisterij artikelen onder de naam: Volksdrogisterij J. A. Heuver.

De grondlegger van de zaak Johannes Albertus Heuver, is geboren in 1871 is in 1930 overleden. Hij was gehuwd met Suzanna Steffens, geboren te Tubbergen en zij overleed in 1958. Ze kregen zeven kinderen, allemaal dochters. Eén van de kinderen is door ongeval omgekomen. Twee zijn er getrouwd en de anderen bleven ongehuwd. De getrouwde dochters kregen kinderen en wederom ….uitsluitend dochters.

De dochters Heuver zijn allemaal wel werkzaam geweest in de drogisterij annex kruidenierswinkel.

Onder de Vriezenveense jeugd was de drogisterij geliefd vanwege de verkoop van Salmiak van Brocades destijds. In 2004 vertelde de laatst zaakdoende dochter Riek op 85 jarig leeftijd, dat zij in 1952 echt begonnen zijn met de verkoop van drogisterij artikelen. Zij heeft daarvoor in Amsterdam haar diploma gehaald.

Riek vertelde, dat ze op het examen een vraag kreeg wat de betekenis was van een soort zwavelzuur.

Riek:
"Dachie dak doar noe op kon kwomm'n . Bie dat examen stond ok 'n Rijksgecommiteerden en den dee 'n heeltied het spöll'n van een viole noa en toen schwät mie in ein keer te binn'n:

OLIUM VITRIOLIUM
.
 …..Riek slaagde met lof!

In de tachtiger jaren zijn ze gestopt met de verkoop van kruideniersartikelen en in de jaren negentig definitief met de winkel.

dinsdag 4 december 2018

Steile Oever - Ommen


Steile Oever te Ommen, 

Het water op de foto is een dode arm van de Neder - Regge, die in vroeger tijden is ontstaan door het meanderen van de Rivier.


De laagstaande zon is bijna verblindend maar levert wel mooie plaatjes op.

donderdag 29 november 2018

De molens van Vriezenveen



Nederland is een land van wind en water. De krachten die schuilen in deze elementen werden gedurende enkele eeuwen als krachtbron gebruikt. Dit proces verliep via de toegepaste schakel: de wind - of watermolen. Oude foto’s en prentbriefkaarten van molens, zo kenmerkend voor Nederland, herinneren aan deze tijd. De molen als energiebron werd later vervangen en verdrongen door de bodemvondsten van kolen, olie en gas. De molens raakten in vergetelheid en in verval. Op het platteland zijn nog schaarse gerestaureerde molens te vinden als gedenkmonumenten. In veel andere plaatsen zijn ze voorgoed verdwenen. In menig stad of dorp herinnert een "Molenstraat" nog aan hun standplaats.

Nederland heeft zijn aardkorst nagenoeg uitgeperst, de olie opgeslorpt, het gas opgezogen en nu keert men weer terug naar dat oude element; de windmolen. Daar waar oude molens als monument het straatbeeld sieren worden die kolossale nieuwe moderne windmolens algemeen als ontsierend beschouwd en als horizonvervuilers ervaren.
Vriezenveen heeft ook haar eigen geschiedenis van molens. Die is zorgvuldig opgetekend  en  vastgelegd in het Historisch Museum Vriezenveen.


de Leemansmolen
De Leemansmolen is de enige die bewaard is gebleven. Hij is te bewonderen aan de Hammerweg t.o. de Molenstraat. Hij werd in 1862 gebouwd in opdracht van H. Leemans.  Zijn naam is ontleend  aan de laatste mulder D. Leemans, een kleinzoon van de bouwer. Hij staat op het terrein van de fam. Hoff. De heer F. Hoff was getrouwd met de Bertha Leemans, een nicht van D. Leemans.

Het is een zogenaamde stellingmolen die gebruikt werd als korenmolen. Decennia lang werd er gedraaid op de wind. Later maakte men gebruikt van een elektrisch aangedreven motor. Men was niet meer afhankelijk van de wind en de wieken kregen rust en die rust leidde tot verval. Door schaarste aan de motorbrandstof werd er tijdens  de WOII jaren nog weer overgeschakeld op de wind. Daarvoor werd de molen grondig nagezien en met slechts twee wieken draaide hij weer als vanouds. Na de oorlog kwam de molen helemaal op non-actief en raakte verder in verval. In 1956 werd er door de eigenaar en de gemeente overgegaan tot een algehele restauratie met behulp van rijk, provincie en de vereniging “De Hollandse Molen”.


de molen van Dekker
In 1845 werd i.o.v.Johannes Smelt een korenmolen gebouwd  nabij de hoek Oosteinde - Boslandweg; bouwprijs Fl.6.000 In 1878 werd Albertus Dekker molenaar en eigenaar. Hij was getrouwd met een vrouw uit de familie Smelt. In de nacht van 16 oktober 1936 ging de molen in vlammen op.

de molen van Van 't Spijker
Locatie: Wierdenseweg. Gebouwd in 1818. Was oorspronkelijk een watermolen en deed later ook dienst als korenmolen. Werd vanaf 1885 gehuurd door de fam. Van 't Spijker en in 1920 werden deze familie eigenaar. In 1932 werd hij voor sloop verkocht en later afgebroken.

de mjölle van Hoed
Locatie: achter de voormalige melkfabriek en hij is gebouwd na 1817. Eigenaar was een geboren Duitser  met de naam Steffens. Hij droeg altijd een hoge zijden hoed,vandaar de naam. In een stormnacht in 1870 raakten de wieken op drift en brandde de molen volledig uit.

donderdag 15 november 2018

nostalgie 50-60 jaren en het ouderwets verkneukelen

Boeren zijn voor een goede oogst afhankelijk van omstandigheden waar ze geen invloed op hebben: het weer! Het weer is een ongrijpbaar fenomeen. Na een lange zomer, waarschijnlijk de warmste ooit gemeten, zijn we nu benieuwd wat de winter ons zal brengen.

Daar heb ik de Alkmaarder Almanak maar niet op geraadpleegd. Dat fabuleuze mysterieuze boekje verscheen vroeger steevast ieder jaar bij ons thuis en was in die tijd op menig goedgelovig Vjeans adres van boer tot moestuinhouder te vinden. Dat boekje deed/doet op basis van natuurverschijnselen en boerenwijsheden allerlei kalenderaanbevelingen voor verwachtingsvolle oogsten en gaf nota bene een weersvoorspelling voor de komende winter. Ook werden er van die simpele natuurkrachtige huismiddeltjes ( kruiden en drankjes) aangeprezen als probaat redmiddel tegen allerlei fysieke ongeneugten. Ik keek er zelf niet in. Ik huldigde ongezien meer de ontnuchterende tegenhanger, bekend onder de titel: "almanak, leugenzak".

Mijn moeder vond dat boekje wel leuk. Ze geloofde er natuurlijk niet in….. ja maar…toch….!

Nee, het was voor haar een mooie aanleiding tot het onder alle omstandigheden acceptabele gespreksonderwerp in onze kruidenierszaak, namelijk: "het weer". En of er misschien een strenge winter komt of hoe de aardappels er bij staan, over aardappelziekte en of er al Colorado kevers op de pieperstruiken zijn gezien.

En als om 11.00 uur de "kaikklokke hef e-luud" dan drong dat geluid nog door tot in de winkel en wist men al heel gauw "wei as t'r noe wier dood is".

De informatieve nieuwsfunctie via de winkel van dat stille gebeier en van andere dorpse nieuwsfeiten was in die jaren 50-60 veel sneller dan de actuele berichtgeving van de "Almelose kroante". (Dagblad van het Oosten)

In onze winter - kinderjaren gingen wij als het erg koud was en hard gevroren had, 's morgens vroeg snel naar beneden. Ma was dan al druk doende de kachel op te porren. Eerst vuur maken met aanmaakturf en daarna gingen er eierkolen boven op. Dat gaf aan de voorzijde een weldadige stralingswarmte van een (g)loeiende kachel terwijl aan de achterzijde er nog een verdwaalde koude rilling over je rug liep. We kregen een warm kopje thee en soms ging er ook wel eens een lepeltje honing bij in.

Die turf kwam, in die jaren vijftig, nog voor de ruilverkaveling, van de broer van de buurvrouw die een stuk grond had waar turf gestoken werd. Vaag herinner ik mij, dat ik eens mee mocht turf halen. We gingen met een geleende ouderwetse houten boerenwagen. Zo'n wagen met houten wielen met en ijzeren banden daar omheen. De wagen werd volgeladen met een flinke kop d'r op en huiswaarts getrokken. Thuis werd het "tjörfhôk" er tot de nok toe mee gevuld. Dat was voldoende voorraad voor één strenge winter.

En als het 's nachts hard gevroren had, waarbij er soms rijp op de dekens zat, dan verkneukelden we ons beneden lekker om dat warme keukenfornuis. En dan kon het zo maar eens gebeuren, dat ma vertelde over de oorlogstijd of over vroegere strenge winters, zoals bijvoorbeeld die van '43 en '44.

En als zij vertelde, dan hing ik aan haar lippen!



vrijdag 2 november 2018

20181101 Spoorboekje voor het leven


De wereld  draait maar door en door
en iedereen zoekt daarbij zijn eigen spoor,
speurend waarlangs zijn eigen treintje zal moeten rijden,
voor de juiste koers die hem naar zijn eindbestemming moet leiden.

Om al gaande onderweg de juiste routeweg te snappen
moet men soms ongewild heel onverwachts overstappen;
door die routewijziging raakt het doel even verder uit 't zicht
de reiziger twijfelt en raakt dan wat uit zijn geestelijk evenwicht.

Blokkades of andere  versperringen moeten hem leren
daar heel alert, correct en toch zo kundig op te reageren.
Hij leert aldus onbekende en nieuwe wegen te ontdekken
die hem uitdagen en alle dagen tot verwondering  wekken.

Vele wegen, zo zegt men dan, die leiden naar Rome.
Ja! 't  is wel bekend met welk gemak je daar kunt komen.
Nee! niet Rome maar de hemel is mijn uitnemend en ultieme doel
dat  ik met heel mijn wezen in mijn leven volg, ervaar en voel.

De grote vraag is, als ik mij niet vergis…..
in welk spoorboekje , zoek je?

In de bijbel wordt breed barmhartig zo ruimhartig uitgelegd
hoe voor dat traject het spoornet en de rails reeds zijn gelegd.
Jezus zelf gaf aan zijn Vader gehoor en volgde trouw dat spoor
maakte zo ruimbaan waarlangs ook onze levenstrein mag gaan.

Veel mensen zoeken niet en leiden vrij, blij en ongestoord
het leven zoals het komt;  zoals hen dat zelf het meest bekoort
Zij verkondigen en huldigen strikt de God is dood theorie
zij hebben totaal niets op met een hen beperkende theologie.

Met lede ogen zie ik aan hoe Nederland, eens een christelijke natie
teloor gaat aan de leegheid van een woekerende secularisatie
God heeft men niet nodig en de kerk is volgens hen overbodig
geen godsdienstig  gezemel, hun eigen leven verheffen zij tot hemel;

Maar zij die geloven in de Goede God van de hemel en de aarde,
voor hen heeft het geloof zeker een driedimensionale waarde
want God, zijn Zoon en Geest maakt hun leven allermeest tot een feest
dat verder gaat, het houdt nooit op, de dood is voor hen voorwaar geen stop
want in moeiten en door zorgen heen laat Christus hen nooit alleen,
zo bereiken  zij uiteindelijk, dankzij Christus die overwon…..
hun ultieme doel en eindstation….
de HEMEL…….!


Als 't vlammetje dooft in 't hoofd

Hij vecht voor het behoud van zijn memorie, vreest nog meer het verlies van eigen historie, steevast en heel stellig blijft hij ontkennen da...