Posts tonen met het label Vjenne. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Vjenne. Alle posts tonen

donderdag 31 oktober 2019

VAN GESCHIEDENIS, KOZAKKEN EN ALCOHOLISCHE VERSNAPERINGEN


Een poosje geleden kreeg ik van mijn dochter een sierlijke fles, gevuld met geestrijk vocht: Kozakkenruter. Op de achterzijde prijkt een etiket dat de oorsprong van het kostelijke goedje onthult. Een mooi verhaal over de vjennemån Jan Winter, die in november 1813 enige opgewonden Kozakken aan de deur krijgt, die hij verrassend in de Russische taal tot kalmte weet te manen met eigen gestookte sterke drank.

Kozakken in Vriezenveen zegt u? Is dat niet een beneveld verhaal met een gelijkwaardig percentage aan wazigheid als in de Kozakkenruter? Nou, die Kozakken zijn hier waarschijnlijk wel geweest, in ieder geval wel in de buurt. En hadden wij vroeger ook niet een Kozakkenbrug over de Schipsloot?


In 1769 werd op het eiland Corsica een megalomaan en kriegel kereltje geboren. Op 16-jarige leeftijd werd hij naar Frankrijk gestuurd. Daar volgde hij een militaire opleiding en bracht het tot artillerieofficier. In 1799 pleegde hij een staatsgreep en werd generaal Napoleon Bonaparte. Hij kroonde zichzelf  in 1804 tot keizer van Frankrijk.


Napoleon voerde vele oorlogen in Europa en het Midden-Oosten. De Fransen brachten ook bij ons hun vrijheid, gelijkheid en broederschap, maar al gauw werd het land leeggeplunderd en ook 't Vjenne kreeg te lijden onder de inkwartiering van de Fransen. Er volgden verhogingen van de belastingen en Vriezenveners moesten dienst nemen in Franse of andere legers.


Op 24 juni 1912 begint Napoleon aan de grote Russische veldtocht. Zijn Grande Armee bestond uit 700.000 man waaronder ook 15.000 Nederlanders. Van dat grote leger kwamen er slechts 20.000 terug waarvan 500 Nederlanders. Aanvankelijk liep de veldtocht voorspoedig en na 82 dagen werd Moskou veroverd, dat helemaal leeg en verlaten was. De Fransen werden steeds verder het ruime land en de dreigende winter ingelokt. Voorraden raken op, er wordt honger geleden en er is geen gras meer voor de paarden. In oktober aanvaarden ze de terugtocht. Soldaten eten paarden, honden en katten. En in barre winterse omstandigheden worden uitgeputte legeronderdelen telkens overvallen door die kleine Kozakken op hun rappe paardjes. Gevangengenomen soldaten moeten zich ontkleden en worden naakt de kou ingestuurd. De Kozakken trekken achter de soldaten aan naar het westen. 


Uit diverse publicaties is bekend dat Kozakken in november 1813 onze provincie hebben bevrijd van de Franse overheersers.


Claas Cruys Gzn vermeldt in zijn aantekeningen, dat hij op 13 november 1813 en de dagen daarna in Almelo de Kozakken in groepen zag doortrekken. Vriezenveen lag helemaal niet op de marsroute en bleef zodoende bijna geheel vrij van de doormarchering. Dat er beperkt Kozakken in Vriezenveen zijn geweest sluit hij echter niet uit. 


En het verhaal van die pimpelende Kozakken in de woning van Jan Winter aan de Dorpsstraat is daarom niet per definitie geschiedenis op sterk water. En mijn vertrouwen in het waarheidsgehalte stijgt naarmate het peil in mijn fles Kozakkenruter daalt.


Gert Pape

Historisch Museum Vriezenveen

donderdag 3 januari 2019

20190102 van Roodkapje, knieperties, Oald en Niej en ook nog een wolf.

een digitaal Vjeans sprookje.....

Heel, heel lang geleden leefde een lief klein Vjeans meisje. Roodkapje noemden ze haar. Want ze droeg altijd een rood mutsje dat haar moeder had gebreid van wol dat ze op de markt had gekocht. Dat mutsje droeg ze elke dag. Het stond haar ook zo mooi bij dat korte jakje waarmee ze 's zondags naar de kerk ging.

Het was bijna Oald en Niej.  Moeder had koekjes gebakken met 'n warm wafelijzer en Roodkapje moest dat naar opoe brengen. Moeder had ook nog een Tulband gebakken in een cakeblik met zo'n transparant bovendeksel op een wakkerend vuurtje van 't petroleumstel. De knieperties werden in een fraai beschilderd en bewerkt koekblik gedaan. De cake lag op een Delftsblauw bord en er was een theedoek omheen geknoopt met ook nog een pakje roomboter van de melkfabriek er bij. Alles gepakt in een door vader gevlochten wilgetenen mand met hengsel en nu ging roodkapje ermee op pad. 

Opoe woonde in een dicht bos helemaal voorbij 't Veenschap. Roodkapje volgde het binnendoor - weggetje van vader.  Bie 'n boerderieje loangs 't huus, waver de stiege van de waid'n van 't Vjeanse slagenlandschap, nao 'n kapbaig 't zoandpad op, waver 'n vloonder van 'n Laidink en dan duur 't  Veenschap waar gestoken turven in stapels liggen te drogen. Dan nog een paar honderd meter door 't dichte bos. 

Roodkapje was een beetje bang. Ze had verhalen gehoord van een hééle…. 'n hééél'n groot'n hellegen hoond, die de buurt onveilig maakte en in staat was om schapen, reeen en kleine meisjes in een hap te verslinden. 

Ze dook diep weg in haar opstaande  mantelkraag en tornde tegen de joelende wind op. Ze liep vlug door en slaakte een zucht van verlichting toen ze bij opoe binnen stapte. Opoe was zo blij haar te zien en stond op met haar bijna tandeloze mond wijd open gesperd van verbazing. En uit die gapende grot met slechts één tand  kwamen de woorden: 
"Oh... oh, wat sììnk toch bliede, mien màgie, da'k die zei-je en doe hest oons ok nog wat met-e-bracht". 
Roodkapje vloog in de armen oma: 
"Och opoe, 'k was toch zó bange vuur dèn Hellegen hoond."

Toen klonk vanuit zijn vaste leunstoel naast het keukenfornuis opeens de stem van opa. Zijn pet hangt aan de punt van de stoel en hij neemt zijn pijp uit de mond en zegt geruststellend:

"Vuur dèn hellegen hoond hauf ie neit meer boange te wjààn.
Dèn wolf  heb ze bie de Kloosterhaar al dood-e-schwätt'n. 
Ik heb dat bericht al binn'n  e-krieg'n op mien computer en d'r is zelfs een Youtube-filmpie vaon."

Ja, ja, opa is bijna 120 jaar en ziet 2019 en de computer helemaal zitten. Welkom in de gedigitaliseeerde wereld! Ook de ouderen kunnen er niet aan ontsnappen.
Maar gelukkig hebben ze Roodkapje nog om te helpen. 
Ook nog een gelukkig Nieuwjaar!

donderdag 29 november 2018

De molens van Vriezenveen



Nederland is een land van wind en water. De krachten die schuilen in deze elementen werden gedurende enkele eeuwen als krachtbron gebruikt. Dit proces verliep via de toegepaste schakel: de wind - of watermolen. Oude foto’s en prentbriefkaarten van molens, zo kenmerkend voor Nederland, herinneren aan deze tijd. De molen als energiebron werd later vervangen en verdrongen door de bodemvondsten van kolen, olie en gas. De molens raakten in vergetelheid en in verval. Op het platteland zijn nog schaarse gerestaureerde molens te vinden als gedenkmonumenten. In veel andere plaatsen zijn ze voorgoed verdwenen. In menig stad of dorp herinnert een "Molenstraat" nog aan hun standplaats.

Nederland heeft zijn aardkorst nagenoeg uitgeperst, de olie opgeslorpt, het gas opgezogen en nu keert men weer terug naar dat oude element; de windmolen. Daar waar oude molens als monument het straatbeeld sieren worden die kolossale nieuwe moderne windmolens algemeen als ontsierend beschouwd en als horizonvervuilers ervaren.
Vriezenveen heeft ook haar eigen geschiedenis van molens. Die is zorgvuldig opgetekend  en  vastgelegd in het Historisch Museum Vriezenveen.


de Leemansmolen
De Leemansmolen is de enige die bewaard is gebleven. Hij is te bewonderen aan de Hammerweg t.o. de Molenstraat. Hij werd in 1862 gebouwd in opdracht van H. Leemans.  Zijn naam is ontleend  aan de laatste mulder D. Leemans, een kleinzoon van de bouwer. Hij staat op het terrein van de fam. Hoff. De heer F. Hoff was getrouwd met de Bertha Leemans, een nicht van D. Leemans.

Het is een zogenaamde stellingmolen die gebruikt werd als korenmolen. Decennia lang werd er gedraaid op de wind. Later maakte men gebruikt van een elektrisch aangedreven motor. Men was niet meer afhankelijk van de wind en de wieken kregen rust en die rust leidde tot verval. Door schaarste aan de motorbrandstof werd er tijdens  de WOII jaren nog weer overgeschakeld op de wind. Daarvoor werd de molen grondig nagezien en met slechts twee wieken draaide hij weer als vanouds. Na de oorlog kwam de molen helemaal op non-actief en raakte verder in verval. In 1956 werd er door de eigenaar en de gemeente overgegaan tot een algehele restauratie met behulp van rijk, provincie en de vereniging “De Hollandse Molen”.


de molen van Dekker
In 1845 werd i.o.v.Johannes Smelt een korenmolen gebouwd  nabij de hoek Oosteinde - Boslandweg; bouwprijs Fl.6.000 In 1878 werd Albertus Dekker molenaar en eigenaar. Hij was getrouwd met een vrouw uit de familie Smelt. In de nacht van 16 oktober 1936 ging de molen in vlammen op.

de molen van Van 't Spijker
Locatie: Wierdenseweg. Gebouwd in 1818. Was oorspronkelijk een watermolen en deed later ook dienst als korenmolen. Werd vanaf 1885 gehuurd door de fam. Van 't Spijker en in 1920 werden deze familie eigenaar. In 1932 werd hij voor sloop verkocht en later afgebroken.

de mjölle van Hoed
Locatie: achter de voormalige melkfabriek en hij is gebouwd na 1817. Eigenaar was een geboren Duitser  met de naam Steffens. Hij droeg altijd een hoge zijden hoed,vandaar de naam. In een stormnacht in 1870 raakten de wieken op drift en brandde de molen volledig uit.

donderdag 15 november 2018

nostalgie 50-60 jaren en het ouderwets verkneukelen

Boeren zijn voor een goede oogst afhankelijk van omstandigheden waar ze geen invloed op hebben: het weer! Het weer is een ongrijpbaar fenomeen. Na een lange zomer, waarschijnlijk de warmste ooit gemeten, zijn we nu benieuwd wat de winter ons zal brengen.

Daar heb ik de Alkmaarder Almanak maar niet op geraadpleegd. Dat fabuleuze mysterieuze boekje verscheen vroeger steevast ieder jaar bij ons thuis en was in die tijd op menig goedgelovig Vjeans adres van boer tot moestuinhouder te vinden. Dat boekje deed/doet op basis van natuurverschijnselen en boerenwijsheden allerlei kalenderaanbevelingen voor verwachtingsvolle oogsten en gaf nota bene een weersvoorspelling voor de komende winter. Ook werden er van die simpele natuurkrachtige huismiddeltjes ( kruiden en drankjes) aangeprezen als probaat redmiddel tegen allerlei fysieke ongeneugten. Ik keek er zelf niet in. Ik huldigde ongezien meer de ontnuchterende tegenhanger, bekend onder de titel: "almanak, leugenzak".

Mijn moeder vond dat boekje wel leuk. Ze geloofde er natuurlijk niet in….. ja maar…toch….!

Nee, het was voor haar een mooie aanleiding tot het onder alle omstandigheden acceptabele gespreksonderwerp in onze kruidenierszaak, namelijk: "het weer". En of er misschien een strenge winter komt of hoe de aardappels er bij staan, over aardappelziekte en of er al Colorado kevers op de pieperstruiken zijn gezien.

En als om 11.00 uur de "kaikklokke hef e-luud" dan drong dat geluid nog door tot in de winkel en wist men al heel gauw "wei as t'r noe wier dood is".

De informatieve nieuwsfunctie via de winkel van dat stille gebeier en van andere dorpse nieuwsfeiten was in die jaren 50-60 veel sneller dan de actuele berichtgeving van de "Almelose kroante". (Dagblad van het Oosten)

In onze winter - kinderjaren gingen wij als het erg koud was en hard gevroren had, 's morgens vroeg snel naar beneden. Ma was dan al druk doende de kachel op te porren. Eerst vuur maken met aanmaakturf en daarna gingen er eierkolen boven op. Dat gaf aan de voorzijde een weldadige stralingswarmte van een (g)loeiende kachel terwijl aan de achterzijde er nog een verdwaalde koude rilling over je rug liep. We kregen een warm kopje thee en soms ging er ook wel eens een lepeltje honing bij in.

Die turf kwam, in die jaren vijftig, nog voor de ruilverkaveling, van de broer van de buurvrouw die een stuk grond had waar turf gestoken werd. Vaag herinner ik mij, dat ik eens mee mocht turf halen. We gingen met een geleende ouderwetse houten boerenwagen. Zo'n wagen met houten wielen met en ijzeren banden daar omheen. De wagen werd volgeladen met een flinke kop d'r op en huiswaarts getrokken. Thuis werd het "tjörfhôk" er tot de nok toe mee gevuld. Dat was voldoende voorraad voor één strenge winter.

En als het 's nachts hard gevroren had, waarbij er soms rijp op de dekens zat, dan verkneukelden we ons beneden lekker om dat warme keukenfornuis. En dan kon het zo maar eens gebeuren, dat ma vertelde over de oorlogstijd of over vroegere strenge winters, zoals bijvoorbeeld die van '43 en '44.

En als zij vertelde, dan hing ik aan haar lippen!



dinsdag 2 oktober 2018

Boerderij ‘De Grooten’ op Monumentendag


 Gert Pape, Historisch Museum Vriezenveen

Zaterdag 8 september was de jaarlijkse Nationale Monumentendag. We besloten om boerderij ‘De Grooten’ met een bezoek te vereren. Enige kennis van dat pand had ik vooraf opgediept uit de dorpskroniek: ‘Ken uw dorp en heb het lief’.

‘De Grooten’ is gelegen aan de noordzijde van het Westeinde. Hij ligt wat verscholen achter een ruime voortuin en onder de schaduw van een enkele grote eikenboom. Vroeger stonden er veel meer bomen aan weerszijden van de straat. Bomen met overhangende takken, vol van lover, zorgden samen voor een gesloten bladerdak. Voor het oog ontstonden er zo groene poorten met fraaie beelden van Vjeanse taferelen. Beelden als waren het schilderijen, die we alleen nog kennen van oude ansichtkaarten en die Vjenne de aanduiding van ‘Het groene dorp’ bezorgden.

Bouw, restauratie en inrichting
We betraden de boerderij aan de voorzijde en vanaf de eerste meter was het één en al verbazing. Vanuit ons huidige beeld van moderne woninginrichting met vernieuwende duurzame spitsvondigheden werden wij pardoes een eeuw teruggeworpen in de tijd.
De boerderij is na de grote brand van 1905 herbouwd. De zorgvuldig samengestelde inrichting van de boerderij ademt oprechte oudheid uit met de warme sfeer van ouderwetse gezelligheid maar is wel van alle moderne gemakken voorzien; een goede, niet storende combinatie van vroeger en nu. Als passant heb je geen idee wat er achter die gevel aan historische waarde verscholen ligt.

Op deze dag geeft de boerderij haar geheimen prijs, mogelijk gemaakt door de huidige bewoners, Frits en Rina Jonker. Sinds de aankoop van het pand in 2004 hebben zij voortdurend gewerkt om de boerderij zo veel mogelijk in de oorspronkelijke staat terug te brengen. Dat omvatte een herinrichting van keuken en kamer. Een kale windveer werd weer voorzien van de oorspronkelijke sierlijsten.

De deel is voor bewoning ingericht en voorzien van oude gebruiksvoorwerpen, die zijn verzameld en aldaar zijn uitgestald. Buiten is een werkende waterput gebouwd op een aangeboorde waterwel.

Achter de woning ontdekten we tot onze verbazing in één van de bijgebouwen een oude ambachtelijke timmermanswerkplaats, compleet met toenmalige in gebruik zijnde gereedschappen.
Boerderij, bijgebouwen en erf vertellen ons een stukje Vriezenveense geschiedenis van het leven van begin vorige eeuw. Die waarde is jaarlijks zichtbaar voor het publiek door de openstelling op Open Monumentendag. Dit jaar alweer voor de 10e keer.

Historie
De boerderij, althans de bedoelde locatie of ‘huusplaatse’ bestaat al meer dan 310 jaar. De adressering was eerder wijk IV - 536 en vanaf 1957 is het Westeinde 158.
Uit een testament van 1717 zijn als eerste eigenaren bekend Berend Engberts en Aaltje Jansen Dodde. Na hen volgden nog een aantal eigenaren. In 1797 verkochten de erven van de toenmalige eigenaar de boerderij aan Frederikus de Groot. Hij wordt dan eigenaar van: "huis, schuur en twee akkeren opgaans" en een part van de tegenover gelegen rosmolen.
Deze de Groot had drie zonen: Egbert (1786 - 1847) en Jan (1795 - 1854) die beiden vertrokken naar Rusland en daar in de handel gingen. Ze bleven beiden ongehuwd en keerden later naar hun geboortedorp terug. Van het vergaarde vermogen werd rond 1850 een voor die tijd deftige boerderij gebouwd waarvan de huidige schuur met kookhuis nog de restanten zijn. Een andere zoon Hendrikus is op de ouderlijke woning blijven wonen. De huisnaam De Grooten komt van deze familie de Groot.

woensdag 16 augustus 2017

20170816 'n vjennekloet'n


In 't aloude Vjenne van weleer is 't zaad gezaaid
en dat heeft toen werkelijk wortel geschoten,
werd eerst besprenkeld en later licht begoten,
ter voltooiing nog eens flink besproeid
is hij tot een vaste winterharde plant uit gegroeid.


Hij heeft in hete, zwoele en ook in zachte zomers
jaarlijks zoet geurend en zo zonnig kleurend 

heel uitbundig en òh zo boeiend bont gebloeid.

De plant werd eens voor een periode verzet
en op vreemde voedingsbodem overgezet,
de zandgrond werd vervangen door rivierklei.


Voor die plant was dat zeker een vruchtbare tijd
heeft zich daar vermeerderd, is wel dubbel uitgedijt,
jaren later kwam er weer een grondruil rond,
en keerde hij terug op eigen humusrijke grond
in een mooie lente van het zo geliefde Twente.

Op Vjèènse bodem nu al weer vele jaren vergaard,
die blijven voor altijd in 't hart en 't hoofd bewaard;
aan Tukkers en aan alle mensen in heel het land
roept nu die flink uit zijn kluiten gegroeide plant,
blij verrukt, dat z'n groei en bloei zo goed is gelukt.


En dankbaar verkondigt hij nu vrolijk en blij:
"weet u………..,
het allerbeste nog gedijen wij
doar woar wie hoaste altied hebt ewoond
op die vertrouwde oale vjennegróónd
dat is voor óóns as rasechte vjennelui
zeker wel zo mooi en……… onmeunig gezóónd".


"Ik ben 'n Vjennekloet' n".

Oorlog Rusland - Oekraïne

  De oorlog woedt nog immer onverdroten voort men bestookt elkaar met bommen, drones en granaten, soldaten worden geofferd, als kanonnenvoer...